Niks over Brabant

‘Nou bedankt.’
‘Huh?’
‘Bedankt.’
‘Bedankt? Voor wat?’ Ik draai mij om in mijn stoel en wordt aangekeken door een vrouw met eekhoornachtige ogen.

‘Dat wat je net over Brabanders zei.’
‘Ow…’
‘Lekker dan.’
‘Ow…’ Collega grinnikt in haar stoel en neemt een flinke slok van haar Corona. Ze neemt haar dit gaat leuk worden houding aan. ‘Kom je uit Eindhoven dan?’
‘Nee, maar wel randje Brabant.’ Ze neemt een hijs van haar sigaret. Ze glimlacht. ‘Dus. Wat nu?’

Ik kijk naar collega. Die kijkt terug. Succes Riekster, lachen haar ogen, haar wenkbrauwen, haar houding en haar Corona. Ze gaat rechtop zitten en slaat het ene been nog eens over het andere.

‘Oh maar ik heb niet alleen een hekel aan Brabanders hoor. En ook niet aan alle Brabanders. Het is meer dat…’
‘Oh aan wie nog meer dan?’
‘Nou,’ probeer ik, ‘ook aan mensen uit Zwolle Amersfoort en Den Bosch. Toevallig.’
‘Da’s ook Brabant. Den Bosch.’
‘Oh ja.’
‘Dus?’
‘Dus, tsja. Nou, dan moet Brabant toch maar de gekste de tofste de kekste en de gaafste zijn, niet?’
Ze lacht. ‘Heel goed.’ Ze wandelt weg. Naar haar tafel.

Ik kijk naast me.
Collega proest in haar Corona.

Geef een reactie

Jouw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *